De Vieilles Tiges van de Belgische luchtvaart vzw

Général-major Aviateur Comte Ivan Du Monceau de Bergendal DFC with Bar

Geboren op 10 december 1915 te Londen vat hij op 26 november 1936, na het beëindigen van de wetenschappelijke humaniora te Malonne, de studies aan de KMS aan als leerling van de 82ste Promotie Infanterie en Cavalerie. Ivan Georges Du Monceau de Bergendal neemt op 25 november 1937 vrïjwillig dienst voor 3 jaar en wordt op 1 december 1937 tot het varend personeel toegelaten. Op 26 december 1938 wordt hij tot onderluïtenant benoemd en op 1juli 1939 vervoegt hij de Vliegschool in Goetsenhoven. Hij vliegt er op Koolhoven FK-56, het nieuwe moderne opleidingstoestel van onze luchtvaart.

Het bombardement van het vliegveld bij dageraad op 10 mei 1940 vernietigt het leeuwendeel van de opleidingstoestellen op de grond. De Observatiesmaldelen van het 1ste Regiment konden tijdig opstijgen en ontsnappen. De piloten worden naar Frankrijk gezonden en verzamelen zich vervolgens in Oujda in Marokko, waar ze het nieuws van de capitulatie en wapenstilstand vernemen. Met het vaste voornemen de strijd voort te zetten, sluit graaf Du Monceau de Bergendal zich aan bij de groep vluchtelingen die te Casablanca aan boord van de David Livingstone gaat met de bedoeling naar Engeland te ontsnappen. Daar neemt hij onmiddellijk dienst bïj de Belgische Strïjdkrachten.

 In augustus 1940 wordt hij opgenomen in de RAF VR (Volunteer Rerserve). Hij vliegt er met tweemotorige opleidingstoestellen in de Bomber Service Flying Service School N° 11 te Shawbury. In februari 1941 gaat hij over naar de jacht. Hij wordt benoemd tot Pilot Officer en vervoegt in april 1941 het befaamde jachtsquadron 609. Spoedig wordt hij gelost op het meest beruchte jachttoestel van de geallieerden, de Spitfire II, en tegen eind april wordt hij bekwaam genoeg geacht om deel te nemen aan aanvalsacties boven het continent. Omwille van de beperkte actieradius van de toenmalige jachtvliegtuigen, speelt het merendeel van die acties zich af boven de Belgisch-Franse kuststreek.

In augustus behaalt hij zijn eerste bevestigde overwinning tijdens een «sweep» op Saint-Omer. In september behaalt bij zijn volgende overwinning op een Messerschmitt 109.
In mei 1942 wordt hij afgedeeld bij het eerste van de Belgische Smaldelen, die in Engeland gevormd worden: het befaamde 350 Sqn met het Ambiorix-insigne voorzien van het devies: «Belgae Gallorum Fortissimi». In juli 1942 wordt Du Monceau de Bergendal gedecoreerd met het Dïstinguished Flying Cross (DFC). Het 350 Sqn onderscheidt zich tijdens de onfortuinlijke opdracht boven Dieppe in augustus 1942, waar er verbeten gevechten plaatsvinden. In december wordt hij met verlof gestuurd en verlaat hij het 350 Sqn.

In juni 1943 wordt hij aangeduïd als bevelhebber van het 349 Sqn, het tweede Belgische Smaldeel binnen de RAF. Bij het ochtendgloren van 6 juni 1944 staat ook zijn smaldeel in voor de bescherming van de landingsvloot. Het smaldeel voert die dag 3 zendingen uit. Op 10 juni 1944 is hij één van de eerste om te landen op het ijlings geconstrueerde vliegveld van Ste Croix sur Mer.
Zijn tweede reeks opdrachten beëindigt hij met 8 bevestigde overwinningen.

In augustus 1944 vertrekt hij op zending naar Ottawa, vanwaar hij afgedeeld wordt bij de Command and General Staff School (Air Staff) te Fort Leavenworth (USA). Gedurende 3 maand zal hij er cursussen volgen. Na zijn terugkeer per schip uit de USA wordt hij aangeduid voor het Inspectoraat-generaal en wordt benoemd in de graad van Wing-Commander (Luitenant-kolonel).

Vanaf november 1945 maakt hij deel uit van het Huis van de Prins Regent en in juli 1946 wordt hij als Militair Attaché naar de Belgische Ambassade in Washington DC. gestuurd. Hij maakt van de gelegenheid gebruik om in Fort Benning een parachutistenbrevet te behalen.

Na zijn terugkomst uit de Verenigde Staten in 1952, wordt hij aangeduid als bevelhebber van de 10 Jager-Bommenwerperswing. Ten gevolge van problemen met de landingspiste dienen de 3 smaldelen naar Geilenkirchen te emigreren. Pas na verscheidene maanden gedwongen ballingschap kunnen ze naar hun thuisbasis terugkeren. Dat commando levert hem overigens de gelukwensen van de Minister van Landsverdediging op.

In oktober 1954 wordt de «Duke» Stafchef van de Groepering Operaties. In december 1955 wordt hij tot kolonel-vlieger benoemd.

In februari 1956, wordt hij VGO, chef van de afdeling Operaties bij de Generale Staf van de Luchtmacht om vervolgens in december 1957 over te stappen naar de afdeling Operaties van 2ATAF (Allied Tactical Air Force) waar hij vanaf juni 1958 de functie van chef van de divisie Operaties en Opleiding uitoefent.

In mei 1957 neemt Ivan Du Monceau de Bergendal deel aan een informatieopdracht in Algerije, waar hij de zogenaamde paciflcatie-operaties van nabij kan volgen.

De «Duke» vertrekt in december 1963 naar het HK van het Commando Opleiding & Training alvorens van februari 1965 tot oktober 1971 het Commando over de Tactische Luchtinacht over te nemen. Hij wordt op 26 maart 1965 tot generaal-majoor benoemd.

Graaf Du Monceau de Bergendal gaat op 1 januari 1972 over naar de reserve en blijft er tot op 1 januari 1974, wanneer hij wegens het bereiken van de leeftijdsgrens haar dient te verlaten. Hij overlijdt te Brussel op 9 november 1984.

Eervolle Onderscheidingen

Grootofficier in de Kroonorde, Commandeur in de Leopoldsorde, Commandeur in de Orde van Leopold II., Oorlogskruis met zeven palmen, Kruis van de Onstsnapten, Militair Kruis, Commandeur in de «Ordre de la Légion d’Honneur » ten militairen titel, Frans Oorlogskruis met palm, Companion Royal Victorian van Groot-Britannië, Distinguished Flying Cross with Bar en Officer Legion of Merit (USA).